Goedemorgen!

Iedere ochtend buigt Driek Oplopers zich over het nieuws om daarna een lastige vraag te stellen.

Oorlogsheld Marco Kroon ergert zich aan ondergeschikten die hem met zijn voornaam aanspreken of tutoyeren. Dat wordt vooral gedaan door ondergeschikten die een keer zijn café in Den Bosch hebben bezocht. Kroon vindt dat op de kazerne de machtsverhoudingen duidelijk moeten zijn, en dat U zeggen tegen meerderen die duidelijkheid bevordert. Rare jongens, die soldaten. Want in de grote-mensenwereld dwing je gezag af door je daden, niet door het aantal strepen op je mouw.
 
En kan de heer Kroon mij even laten weten wat het voor zijn gezag betekent als hij zich bezighoudt met het uitbaten van een pauperkroeg en het handelen in stroomstootwapens?